1 januari 2019: Déze zaken veranderden er op arbeidsrechtelijk gebied

06 februari, 2019

De jaarwisseling is een datum waarop vaak nieuwe wetten of wetswijzigingen in werking treden. Per 1 januari 2019 zijn er ook een aantal wijzigingen op arbeidsrechtelijk gebied van kracht geworden. Dit zijn in het kort de belangrijkste wijzigingen:

1. Wijziging tarieven inkomstenbelasting

Per 1 januari 2019 is de belastingschijf van 40,85% gedaald naar 38,10 %. De heffingskortingen zijn verhoogd. Vanaf 2019 wordt tevens stapsgewijs de belastingtarieven van de tweede en derde schijf samengevoegd en gelijkgetrokken aan het tarief van de eerste schijf. Ook het toptarief wordt tot 2021 verlaagd naar 49,5%.

2. Gesprek OR over lonen en beloningsverschillen verplicht

Om transparantie binnen grote ondernemingen meer te bevorderen is er met ingang van dit jaar een extra overlegrecht aan de OR in de WOR opgenomen. In ondernemingen waarbinnen in de regel 100 personen of meer werkzaam zijn, is een jaarlijks gesprek tussen de ondernemer en de OR verplicht over de ontwikkeling van de beloningsverhoudingen. Voor iedere groep werknemers moet worden besproken wat de hoogte en inhoud van de arbeidsvoorwaardelijke regelingen zijn en hoe deze zich hebben ontwikkeld. Dit ziet ook op bestuurders, echter de informatie mag niet herleidbaar zijn tot individuele personen.

3. Personeelsvertegenwoordiging krijgt meer bevoegdheid

Niet alleen de OR maar ook de personeelsvertegenwoordiging (en –vergadering in kleinere ondernemingen) heeft meer bevoegdheid gekregen. Per 1 januari 2019 bestaat er namelijk meer inspraak over pensioenen. De ondernemer is verplicht om met de personeelsvertegenwoordiging overleg te voeren over het pensioen, als daarom door de personeelsvertegenwoordiging met reden wordt verzocht.

4. Verhoging maximale transitievergoeding

De maximale transitievergoeding is per 1 januari 2019 vastgesteld op € 81.000,- bruto of -indien de werknemer meer verdient dan € 81.000,-. bruto per jaar– maximaal een jaarsalaris.

5. Versoepeling Overbruggingsregeling Transitievergoeding

De overbruggingsregeling Transitievergoeding voor kleine werkgevers in een slechte financiële positie loopt nog tot 1 januari 2020. Op grond van deze regeling kan de werkgever een korting toepassen op de uit te betalen transitievergoeding.

Voor 2019 is de regeling versoepeld. Om een beroep te kunnen doen op de regeling is niet langer vereist dat de werkgever reeds drie jaar verlies dient te lijden. Voldoende is dat er een gemiddeld negatief resultaat over drie voorafgaande boekjaren bestaat. Daarnaast is in plaats van een negatief eigen vermogen vereist dat de waarde van het eigen vermogen maximaal 15% van het totaal vermogen van de onderneming is, in het jaar voorafgaand aan de ontslagprocedure.

6. Geboorteverlof partner uitgebreid

Als gevolg van de aanpassing van de WIEG hebben partners bij geboorte van een kind recht op 5 dagen geboorteverlof (althans de arbeidsduur van één week) in plaats van 2 dagen. Het loon wordt gedurende die dagen 100% doorbetaald.

Per juli 2020 worden de mogelijkheden voor uitbreiding van partnerverlof nog verder uitgebreid.

7. Verruiming mogelijkheid vrijwilligerswerk voor WW’ers

Iemand die recht heeft op een WW-uitkering heeft vanaf januari 2019 meer mogelijkheden voor het verrichten van vrijwilligerswerk, zonder dat dit invloed heeft op de WW-uitkering. Er mag thans eveneens vrijwilligerswerk worden gedaan bij organisaties of instellingen zonder winstoogmerk, maar die geen ANBI- of SBBI-status hebben.

Wel blijft in stand dat dit vrijwilligerswerk géén betaald werk verdringen van de arbeidsmarkt.

8. Mogelijkheid tot verlenging adoptie- en pleegzorgverlof

Het recht op adoptieverlof en pleegzorgverlof is per 1 januari 2019 verlengd van maximaal 4 weken naar maximaal 6 weken. Dit recht geldt voor beide ouders.

9. Bewaarplicht zwangerschapsverklaring van werkgever naar werknemer

Tot en met 2018 bestond er een verplichting voor de werkgever de zwangerschapsverklaring over de zwangerschap van een werkneemster in haar personeelsdossier te bewaren. Met de inwerkingtreding van de AVG is het bewaren van specifieke medische gegevens door de werkgever niet toegestaan. Er ontstond derhalve een tegenstrijdigheid in regelgeving.

Om deze strijd weg te nemen, is de bewaarplicht voor de werkgever vervallen. In de plaats daarvan dient de werkneemster deze verklaring zelf te bewaren.

10. Recht op affectieschade na dodelijk bedrijfsongeval

Per 1 januari 2019 is de Wet vergoeding Affectieschade in werking getreden. Daardoor kunnen nabestaanden van een dodelijk bedrijfsongeval van na 1 januari jl. , waarvoor de werkgever aansprakelijk blijkt, aanspraak maken op vergoeding van smartengeld. Het gaat dan maximaal om een bedrag van € 20.000,-.

11. Wijziging bijtelling elektrische auto van de zaak

Voor elektrische auto’s waarvan de cataloguswaarde meer dan € 50.000,- betreft geldt voor het gedeelte boven dat bedrag de “gewone” bijtelling van 22%. Het bedrag tot € 50.000,- behoudt de lage bijtelling van 4%.

12. Verkorting looptijd 30% regeling voor buitenlandse werknemer

De looptijd van de zogenoemde 30% regeling wordt per 1 januari 2019 –middels een overgangsregeling- verkort van maximaal acht jaar tot maximaal vijf jaar. Op grond van de 30% regeling mag de werkgever aan buitenlandse werknemers, zoals kenniswerkers, 30% van het loon onbelast uitbetalen. Op die wijze worden deze werknemers gecompenseerd voor de kosten die zij maken door in het buitenland te werken (extraterritoriale kosten).

13. Stijging minimumloon en minimum jeugdloon

Op 1 januari 2019 is het minimumloon gestegen. Dit betreft in 2019 € 1.615,80 bruto per maand op fulltime basis. Vanaf juli 2019 zullen ook 21-jarigen (in plaats van 22-jarigen) recht krijgen op het “volwassen” minimumloon. Ook het minimumjeugdloon vanaf 18 jaar zal dan stijgen.

14. Overwerk uitbetalen bij minimumloon

Overwerk uitgevoerd door werknemers die het minimumloon ontvangen dient vanaf 1 januari 2019 te worden uitbetaald. Een zogenoemde tijd-voor-tijdregeling voor overwerk of meerwerk is in die gevallen nog slechts toegestaan indien CAO-partijen daarover afspraken hebben vastgelegd in een toepasselijke CAO. Deze regel is ingevoerd om te voorkomen dat een werknemer door het uitvoeren van overwerk in een periode gemiddeld onder het minimumloon betaald krijgt.

15. Aanpassing WNT bezoldigingsnorm

De WNT-normen zijn geïndexeerd. Het algemene bezoldigingsmaximum voor 2019 is € 194.000,-. Ook de specifieke sectorale bezoldigingsnormen zijn geïndexeerd.

Daarnaast is de Uitvoeringsregeling WNT is gewijzigd. Een van de opvallende wijzigingen is dat thans maximaal 4 weken vakantieverlof mag worden afgekocht, zonder dat dit tot de “bezoldiging” moet worden gerekend. Mijn collega mr. Christiaan Riemens schreef hier al eerder over.

16. Verhoging AOW-leeftijd

Per 1 januari 2019 is de ingangsleeftijd voor de AOW 66 jaar en 4 maanden. Dit betreft een verhoging van 4 maanden ten opzichte van 2018.

Dit artikel werd samengesteld door:

mr. Xiomara Heymann, advocaat arbeidsrecht

Geschreven door

Was dit artikel nuttig?

Wij bespreken graag uw persoonlijke situatie tijdens een vrijblijvende kennismaking met een voor uw situatie relevante specialist.

Een van onze adviseurs neemt binnen uiterlijk één werkdag contact met u op om samen een afspraak in te plannen