De Wet Huis voor klokkenluiders en de gevolgen daarvan voor uw onderneming

12 april, 2017

De Wet Huis voor klokkenluiders is inmiddels een halfjaar oud. Ook de aangekondigde reparatiewwetgeving krijgt steeds meer vorm. Een goed moment om de tussenbalans op te maken en te bezien of uw onderneming “klokkenluiders-proof” is.

Het doel

Doel van de Wet Huis voor Klokkenluiders (‘WHvk’) is de voorwaarden voor het melden van maatschappelijke misstanden te verbeteren, door:

1) onderzoek naar misstanden mogelijk te maken; en

2) melders van misstanden beter te beschermen.

Reikwijdte

Klokkenluiders, omschreven in de Whvk als ‘werknemer’, kunnen zowel werknemers en ambtenaren, als ex-werknemers, ex-ambtenaren, vrijwilligers en zzp’ers zijn. Kortom: het WHvk-begrip ‘Werknemer’ is veel ruimer dan het civiele arbeidsrechtelijke begrip werknemer.

Centraal in de Wet Huis voor klokkenluiders (WHvk) staat het begrip ‘Vermoeden van een misstand’. Zodra er sprake is van een vermoeden van een misstand, kan de klokkenluider een melding doen.

Het begrip ‘vermoeden van een misstand’ houdt in dat het vermoeden van de klokkenluider:

  1. op redelijke gronden is gebaseerd, die voortvloeien uit de kennis die de klokkenluider
  • hetzij bij zijn werkgever heeft opgedaan;
  • hetzij heeft gekregen door zijn werkzaamheden bij een ander bedrijf of een andere organisatie; en
  1. het maatschappelijk belang in het geding is bij:

– de schending van een wettelijk voorschrift;

– een gevaar voor de volksgezondheid;

– een gevaar voor de veiligheid van personen;

– een gevaar voor de aantasting van het milieu;

– een gevaar voor het goed functioneren van de openbare dienst of een onderneming als gevolg van een onbehoorlijke wijze van handelen of nalaten.

Melding

De volgende vraag is: waar kan de klokkenluider een melding doen?

Stap 1: de interne melding

Werkgevers met ten minste 50 werknemers zijn, zijn sinds 1 juli 2016 wettelijk verplicht om een interne meldingsprocedure in te stellen. De vormgeving van de interne meldregeling c.q. meldingsprocedure is in principe vormvrij, maar moet een aantal randvoorwaarden bevatten, zijnde:

  1. de wijze waarop met de interne melding wordt omgegaan vastgelegd;
  2. een omschrijving wanneer sprake is van een vermoeden van een misstand met inachtneming van de definitie van een vermoeden van een misstand als bedoeld in de WHvk;
  3. bij welke daartoe aangewezen functionaris of functionarissen het vermoeden van een misstand kan worden gemeld;
  4. de verplichting voor de werkgever om de melding vertrouwelijk te behandelen, indien de werknemer hierom heeft verzocht;
  5. mogelijkheid voor de werknemer om een adviseur in vertrouwen te raadplegen over een vermoeden van een misstand.

De interne meldingsprocedure moet door de werkgever hetzij schriftelijk hetzij elektronisch aan de bij hem werkzame personen worden verstrekt. Daarbij moet de werkgever aan de werknemer tevens informatie over het extern melden en de rechtsbescherming van de werknemer verstrekken.

In geval van de aanwezigheid van een interne meldingsprocedure, dient de werknemer intern de melding te doen, tenzij dat van hem in redelijkheid niet kan worden gevraagd. Met een goede interne meldprocedure kan een externe melding, met alle negatieve gevolgen van dien, in beginsel worden voorkomen.

Stap 2: Een melding aan het Huis voor klokkenluiders

Als het volgen van de interne meldingsprocedure in redelijkheid niet van de klokkenluider kan worden gevraagd of er geen interne meldingsprocedure is ingesteld, dan kan de klokkenluider zich middels een verzoekschrift tot de afdeling onderzoek van het Huis voor klokkenluiders (‘Het Huis’) wenden. Het Huis heeft in algemeenheid twee taken en twee strikt gescheiden afdelingen zijnde:

  • advies; en
  • onderzoek.

De afdeling advies informeert werknemers over de stappen die zij kunnen nemen bij het vermoeden van een misstand.

De afdeling onderzoek zal ingeval van een melding van een misstand aan het Huis:

  • de ontvankelijkheid van het verzoekschrift beoordelen;
  • het verzoekschrift onderzoeken;
  • aanbevelingen aan de werkgever doen; en
  • een rapport opstellen (incl. publicatie).

Stap 3: Een melding bij de media

Een klokkenluider dient in beginsel de melding bij hetzij de werkgever hetzij het Huis te doen (zie hiervoor). Als ultimum remedium kan de werknemer zich tot de media richten. In beginsel heeft de klokkenluider daarvoor bij de aanwezigheid van een goede interne meldingsprocedure geen grond meer, hetgeen een vooruitgang kan betekenen voor uw organisatie. In de woorden van de initiatiefnemers van het wetsvoorstel: “Bedoeld is om met dit wetsvoorstel voor klokkenluiders een adequaat systeem neer te zetten dat eventueel extern melden bij de media overbodig zal maken.”

Bescherming Klokkenluider?

Zodra er een melding door een werknemer is gedaan, treden er een aantal gevolgen in werking, waaronder het zogenoemde ‘benadelingsverbod’. Het benadelingsverbod houdt, kort gezegd, in dat de werknemer of ambtenaar die te goeder trouw en naar behoren een melding heeft gedaan van een vermoeden van een misstand niet mag worden benadeeld. Onder benadeling vallen bijvoorbeeld ontslag, niet-voortzetting van de arbeidsovereenkomst, overplaatsing, onthouden van salarisverhoging en/of promotiekansen en het afwijzen van verlof. Dit benadelingsverbod is echter slechts van toepassing op werknemers in de zin van art. 7:610 BW en ambtenaren in de zin van de Ambtenarenwet. Vrijwilligers, stagiaires en zzp’ers kunnen zich vooralsnog niet op het benadelingsverbod beroepen.

De minister heeft op dit punt beterschap beloofd. Hij heeft op 3 februari 2017 [let op Peggy: link: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/dossier/34105/kst-33258-N?resultIndex=0&sorttype=1&sortorder=4 ] wel enige kanttekeningen in het kader van verwachtingsmanagement gemaakt. Het benadelingsverbod zal er niet toe kunnen leiden dat het niet meer gunnen van een opdracht aan een zzp’er te allen tijde wordt voorkomen (nog los van de zware bewijslast die in dat kader op de zzp’er rust).

Het is duidelijk dat het laatste woord over de Wet Huis voor klokkenluiders nog niet is gesproken. Thuis & Partners zal u uiteraard op de hoogte houden.

Deze bijdrage werd geschreven door mr. Christiaan Riemens, (criemens@thuispartners.nl)

Geschreven door

Was dit artikel nuttig?

Wij bespreken graag uw persoonlijke situatie tijdens een vrijblijvende kennismaking met een voor uw situatie relevante specialist.

Een van onze adviseurs neemt binnen uiterlijk één werkdag contact met u op om samen een afspraak in te plannen