Op 21 december 2017 is het wetsvoorstel wet medezeggenschap cliëntenzorginstellingen 2018, dat strekt tot vervanging van de huidige wet medezeggenschap cliëntenzorginstellingen, ingediend. De Wmcz 2018 beoogt de positie van cliënten en de medezeggenschap te versterken. Nu de inwerkingtreding van deze nieuwe wet voor de deur staat (inwerkingtreding zal waarschijnlijk geschieden op 1 juli 2020), schetsen wij u nogmaals de belangrijkste wijzigingen.
Vervanging van de huidige wet
De Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018 (Wmcz 2018) vervangt de huidige wet medezeggenschap cliëntenzorginstellingen volledig. Indien u wenst te zien welke wettelijke bepalingen na inwerkingtreding exact voor u van toepassing zijn, kunt u de publicatie in het staatsblad van 14 juni 2019 raadplegen. De Wmcz 2018 beoogt de positie van cliënten en de medezeggenschap te versterken. Dat doet zij door een aantal belemmeringen die cliëntenraden ervaren in de praktijk weg te nemen.
De belangrijkste wijzigingen van de Wmcz 2018
De belangrijkste wijzigingen van de Wmcz 2018 staan vermeld op de website van de Eerste Kamer. Hieronder sommen wij de belangrijkste wijzigingen nogmaals voor u op en geven een korte toelichting waar nodig.
1. De medezeggenschap wordt meer gelaagd
De gelaagdheid wordt gecreëerd door een onderscheid te maken in het type zorg en de omvang van het aantal personen die zorg verlenen in de instelling, voor wat betreft het instellen van een cliëntenraad. Dit levert de volgende uitgangspunten op:
- een instelling voor langdurige zorg is verplicht om een cliëntenraad in te stellen indien er meer dan 10 personen zorg verlenen binnen de instelling;
- een instelling voor ambulante zorg is verplicht om een cliëntenraad in te stellen indien er meer dan 25 personen zorg verlenen;
- instellingen waar 10 personen of minder zorg verlenen kunnen vrijwillig een cliëntenraad instellen.
Daarnaast is het mogelijk meerdere cliëntenraden in te stellen. Voor instellingen met meerdere locaties die er op zijn gericht cliënten langdurig te laten verblijven of die bij cliënten thuis zorg laten verlenen, is het instellen van een cliëntenraad per locatie in beginsel verplicht.
2. De onderwerpen waarover in de medezeggenschapsregeling regels moeten worden gesteld worden uitgebreid
De uitbreiding ziet onder andere op:
- de wijze waarop een cliëntenraad wordt betrokken bij de voorbereiding van bepaalde besluiten;
- de verdeling van taken en bevoegdheden van de cliëntenraden in het geval van meerdere cliëntenraden; en
- hoe wordt bewerkstelligd dat de voor het vervullen van de taak van de cliëntenraad benodigde informatie op begrijpelijk wijze aan de cliëntenraad wordt verstrekt.
3. Het verzwaard adviesrecht wordt vervangen door een instemmingsrecht met een zwaarder toetsingscriterium
In geval van verzwaard adviesrecht in de huidige wet mag de instelling geen van het advies van de cliëntenraad afwijkende beslissing nemen, tenzij de commissie van vertrouwenslieden heeft vastgesteld dat de zorgaanbieder bij afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot zijn voorgenomen besluit heeft kunnen komen. Na inwerkingtreding van de Wmcz 2018 dient de bestuurder van de instelling, indien de cliëntenraad niet instemt met een voorgenomen besluit waarvoor de cliëntenraad instemmingsrecht toekomt, zich tot de commissie van vertrouwenslieden te wenden met het verzoek toe te staan dat het voorgenomen besluit, ondanks het oordeel van de cliëntenraad, toch wordt genomen. De commissie van vertrouwenslieden toetst of de beslissing van de cliëntenraad om geen instemming te geven onredelijk is, dan wel of het voorgenomen besluit van het bestuur van de instelling gevergd wordt om zwaarwegende bedrijfsorganisatorische, bedrijfseconomische of bedrijfssociale redenen.[1]
De onderwerpen waarvoor het instemmingsrecht geldt zijn onderwerpen die naar hun aard raken aan de kern van de zorgverlening en die van grote invloed zijn op de zorgverlening en vaak ook op de leefsfeer van de cliënten.[2] Denk daarbij onder andere aan het algemene beleid ter zake de kwaliteit, veiligheid en hygiëne, de procedure die wordt gevolgd bij het opstellen van zorgplannen, de klachtenregeling zoals bedoeld in de Wkkgz en de inhoud van de medezeggenschapsregeling zelf.
4. De instelling wordt verplicht de cliëntenraad het gebruik toe te staan van voorzieningen – alsmede de financiële middelen ter beschikking te stellen – die de cliëntenraad redelijkerwijze nodig heeft om zijn taak te kunnen uitvoeren
Ten aanzien van de kosten is expliciet bepaald dat onder die kosten in ieder geval begrepen zijn de kosten die verband houden met scholing, onafhankelijke ondersteuning en het voorleggen van een geschil of een verzoek aan een commissie van vertrouwenslieden (behoudens de kosten van de juridische bijstand voor het voorleggen van een geschil aan de commissie van vertrouwenslieden).[3]
5. Er wordt toezicht gehouden door de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
Indien de inspectie constateert dat een instelling de wetsartikelen waar de inspectie op toeziet niet naleeft, kan de inspectie de betreffende instelling verbetermaatregelen opdragen. Indien een zorgaanbieder vervolgens weigert om daadwerkelijk invulling te geven aan medezeggenschap, kan de inspectie handhavend optreden door middel van een last onder bestuursdwang/dwangsom.
6. Aan cliëntenraden wordt het recht van enquête verleend
Het enquêterecht maakt het mogelijk om gedragingen van het bestuur en het toezichthoudende orgaan door de Ondernemingskamer te laten onderzoeken en oplossingen te vinden voor patstellingen. Een dergelijk verzoek kan worden gedaan als er redelijke gronden zijn om te vermoeden dat sprake is van wanbeleid.[4]
7. Vacatures voor de cliëntenraad worden openbaar gemaakt
8. De instelling wordt verplicht om de cliëntenraad hulp te verlenen bij het inventarissen van de wensen van zijn achterban
Responsiviteit van cliëntenraden is een centraal uitgangspunt bij de inrichting van de medezeggenschap in de Wmcz 2018. Het is daarom van belang dat de cliëntenraden het contact met de achterban zoeken. Hier ligt ook een verantwoordelijkheid van de instelling in het kader van goed bestuur.[5]
9. De voorwaarden voor het “tijdig” vragen van advies of instemming zijn aangescherpt
10. Het wordt (onder strikte voorwaarden) mogelijk om een cliëntenraad te ontbinden die structureel tekortschiet in de behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de cliënten wier belangen hij dient te behartigen
11. De verslag- en openbaarmakingsverplichting van de instelling over de toepassing van de Wmcz vervalt
12. Er gaan minder regels gelden voor vrijwillige cliëntenraden
Ontwerpbesluit reikwijdte van de Wmcz 2018
Op 6 september 2019 heeft de minsterraad ingestemd met het ontwerpbesluit houdende regels over de reikwijdte van de Wet Medezeggenschap cliënten zorginstelling 2018. In dit besluit worden type instellingen en type zorgverlening genoemd die uitgezonderd zijn van de verplichtingen uit de Wmcz 2018. Voor de tekst van het ontwerpbesluit en de ontwerp-nota van toelichting verwijzen wij u naar de website van de Rijksoverheid.
Slot
Zodra bekend is vanaf welke datum de nieuwe wet daadwerkelijk de oude wet zal vervangen informeren wij u hierover. Ondanks dat de daadwerkelijke datum van inwerkingtreding nog niet bekend is, adviseren wij u tijdig te starten met het implementeren van de wijzigingen die de Wmcz 2018 met zich meebrengt.
Dit is een bijdrage van mr. Yvonne Dortant (ydortant@thuispartners.nl).
[1] Memorie van Toelichting bij de WMCZ 2018.
[2] Kamerstukken II 2017-2018, 34858, 3, p. 57-58.
[3] Kamerstukken I 2018-2019, 34858, A, p. 4.