Minister wijzigt wetsvoorstel: Wzd-functionaris moet arts raadplegen bij toepassing dwangmaatregelen

15 mei, 2019

Op 9 mei jl. heeft Minister Hugo de Jonge de Tweede kamer geïnformeerd over het wetsvoorstel tot aanpassing van (onder andere) de Wet zorg en dwang (Wzd). Daarin wordt voorgesteld om de functie van Wzd-arts niet uitsluitend door artsen te laten vervullen, maar om zorgaanbieders de keuze te laten deze functie te beleggen bij een gezondheidszorgpsycholoog of een orthopedagoog-generalist.

De Wzd treedt in werking op 1 januari 2020 en zal samen met de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) de Wet bijzondere opneming in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) vervangen.

De Wvggz regelt de rechten van mensen die te maken hebben met verplichte zorg in de GGZ. Uitgangspunt van deze wet is dat maximaal wordt geprobeerd om noodzakelijke zorg op vrijwillige basis te verlenen. Als die zorg niet vrijwillig door de patiënt wordt geaccepteerd, voorziet de Wvggz in de mogelijkheid verplichte zorg toe te passen. Dit is slechts mogelijk indien de rechter na een uitgebreide procedure een zorgmachtiging heeft toegekend. De Geneesheer-Directeur – in de praktijk is dit meestal een psychiater – is belast met het toezicht op de gedwongen zorg.

De Wzd regelt de rechten van mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie) die onvrijwillige zorg krijgen. Ook hier is gedwongen zorg uitdrukkelijk bedoeld als ultimum remedium. Als de zorgverlener en de cliënt niet tot overeenstemming komen over vrijwillige zorg, dan moet de zorgverlener een stappenplan doorlopen voordat hij onvrijwillige zorg mag toepassen. Een belangrijk verschil met de Wvggz is, dat de verantwoordelijkheid voor de toepassing van dwang bij de zorgverlener wordt gelegd. In de Wzd kan onvrijwillige zorg bij cliënten zonder een rechterlijke toets worden toegepast. Voor het toezicht op de gedwongen zorg is een belangrijke rol weggelegd voor de Wzd-arts.

Eind november 2018 heeft de wetgever aangekondigd de Wzd-arts vanwege capaciteitsproblemen te willen vervangen door een Wzd-functionaris, een rol die ook vervuld kan worden door een gz-psycholoog of een orthopedagoog-generalist. Het toezicht op onvrijwillige zorg zou in de verstandelijk gehandicaptenzorg en de psychogeriatrie dus ook door een niet medisch geschoolde functionaris kunnen worden vervuld. Dit roept de vraag op of de rechtsbescherming van mensen met een verstandelijke beperking of psychogeriatrische aandoening wel goed is geregeld in de Wzd. Daarnaast maken onder andere artsenorganisaties zich zorgen over de vraag of deze aanpassing niet leidt tot een vermindering van de kwaliteit van zorg.

De Minister deelt deze zorgen niet, maar komt toch met een wijziging van het wetsvoorstel. Volgens de Minister is het wetsvoorstel vooral bedoeld om maatwerk mogelijk te maken, dat aansluit op de gangbare praktijk bij veel aanbieders in de VG-sector. In deze sector hebben gedragskundigen vaak behandelverantwoordelijkheid en overleggen zij vanuit die verantwoordelijkheid met de AVG/Bopz-arts. Onvrijwillige zorg wordt niet alleen vanwege medische problematiek ingezet, maar vaak ook in verband met gedragsproblematiek. Daarom kan het volgens de Minister de kwaliteit van zorg juist ten goede komen om een orthopedagoog-generalist of gz-psycholoog als Wzd-functionaris te laten fungeren.

Waar sprake is van onvrijwillige zorg die vanwege medische problematiek noodzakelijk is, vindt de Minister het wel wenselijk dat een arts als Wzd-functionaris optreedt. Om te benadrukken dat het oordeel over de toepassing van en het toezicht op onvrijwillige zorg van medische aard altijd bij een arts berust, wordt bij nota van wijziging in het wetsvoorstel opgenomen dat wanneer de Wzd-functionaris zelf geen arts is, hij slechts aanpassingen aan het zorgplan over onvrijwillige zorgvormen kan aanbrengen na instemming van een niet bij de behandeling betrokken arts.

Dit is een bijdrage van mr. Fokje Kuiper (fkuiper@thuispartners.nl)

Was dit artikel nuttig?

Wij bespreken graag uw persoonlijke situatie tijdens een vrijblijvende kennismaking met een voor uw situatie relevante specialist.

Een van onze adviseurs neemt binnen uiterlijk één werkdag contact met u op om samen een afspraak in te plannen